Bodhi Verboon

Bodhi Verboon (2001) woont in Utrecht. Hij is boekverkoper bij Boekhandel Zwart op Wit en schrijft voornamelijk proza. Met de novelle Beukstraat 12 rondt hij de opleiding Creative Writing af.
Beukstraat 12
Alex is de zoon van twee ruziënde filmmakers. Wanneer zijn moeder het gezin verlaat, lijkt niets de leegte die ze achterlaat te kunnen vullen. Zijn broertje Karuna lukt het beter om afstand te bewaren. Ligt de oplossing voor Alex’ eenzaamheid in het achterna gaan van zijn moeder – naar het huis dat ze gaat huren aan de andere kant van het Wilhelminapark?
Beukstraat 12 is het verhaal van een depressieve moeder en zoon. Met hier en daar een vlaag humor beschrijft het de breuk van een familie, en de zoektocht naar veiligheid die daaruit volgt.
Fragment:
Wake Me Up Before You Go-Go speelde af. We lagen uitgeteld op de bank. Mijn T-shirt was nat van het dansen en zingen.
‘Eigenlijk heeft Eric me zo ontzettend verdrietig gemaakt,’ zei mijn moeder. Bij het horen van zijn naam ging mijn borst op en neer als het dek van een schip.
‘Dat zeg je altijd, ja. Je zegt altijd: ik ben bij Eric zo droevig geweest.’
‘Geweest. Er is een verschil tussen droevig zíjn en iemand die je droevig máákt.’
Ik tapte twee glazen vol. De kracht van de straal stelde me gerust.
‘Dankje,' zei mijn moeder toen ik het glas neerzette. 'Laten we eerst even een woord kiezen: droevig of verdrietig?’
‘Droevig,’ zei ik en mijn moeder knikte.
‘Droevig is beter, ja.’
Ik had honger en stond op van de bank. Ik hurkte voor de overvolle ijskast. Het eerste waar mijn oog op viel: een pot augurken, een pot haricot verts, een pot ingelegde komkommers – allemaal zonder deksel. Ik had de neiging ze samen met een rol folie demonstratief naar de eettafel te verplaatsen.
‘Eric heeft me echt droevig gemáákt,' zei ze. ‘Ik heb het leven geleefd dat hij wilde leven. En het heeft me mijn vrijheid gekost,’ haar stem kwam tot bedaren. ‘Zo simpel is het eigenlijk, ja.’
‘Misschien is vrijheid wat extreem,’ zei ik.
‘Geluk, dan.’
‘Mevrouw van de kleine woorden.’
‘Zegt degene die bang is voor de grote.’
Ze liep de keuken in, hurkte naast me en sloeg een arm om me heen. Ik kon de sigaret die tussen haar vingers bungelde ruiken.
‘Wat zoeken we?’
‘Eten. En deksels, blijkbaar.’
This page was last updated on June 9, 2025