Liberal Arts - Minor - Zwolle

Leerdoelen, werkvormen en toetsing

Tijdens deze minor leer je om je eigen existentieel-artistieke vragen te onderzoeken. Je ontwikkelt een persoonlijk aandachtsgebied en verdiept je daarin met beelden, tekst en reflectie. Je leert kijken, maken en denken als een kunstenaar; niet vanuit oplossingen, maar vanuit verwondering.  

Leerdoelen

  • Ervaring, kennis en inzicht in theorie en praktijk van kunst, filosofie en onderwijs, leidend tot het eigen vermogen om eigen artistiek/ existentiële vraagstelling te kiezen, het vaststellen van eigen, relevante aandachtgebieden.
  • Toepassen van vermogen tot vraagstelling blijkt uit het doen van een eigen artistiek existentieel onderzoek in een zelf geformuleerd aandachtsgebied.
  • Communicatie vanuit artistiek existentieel perspectief ingevuld, d.w.z. communicatie in woord, beeld, gebaar – ofwel met hoofd, hand en hart - passend in een artistiek, muzisch, existentieel benaderd aandachtsgebied.
  • Oordeelsvorming ten aanzien van het eigen vermogen zich te verbinden met/ te laten zien in de existentieel artistieke dimensie zoals het minor programma dit aanbiedt, en de relevantie en urgentie voor het eigen functioneren/ mens zijn te onderkennen 

Leervaardigheden zijn in deze minor gelijk aan existentieel-artistieke vaardigheden dat wil zeggen: de vaardigheden die nodig zijn voor het formuleren van een vraag die relevant is voor het eigen bestaan in de wereld (als mens/ als professional) zoals eigen aan kunst en kunstenaarschap (artistiek onderzoek, kunst maken, kunst ervaren). 

Werkvormen

Atelier 
Als onderdeel van de minor word je uitgenodigd om zelf kunst te maken. Ook als je daar nog geen ervaring mee hebt, kun je meedoen. Iedereen kan kunst maken: integer, experimenteel en onderzoekend. Je krijgt les van verschillende kunstenaars die je op weg helpen en je stimuleren om verantwoordelijkheid te nemen voor je proces en de vrije ruimte in het programma. In de ateliergesprekken oefen je met helder communiceren, grenzen opzoeken en je verbinden aan wat voor jou belangrijk is.

Colleges 
Naast het werken in het atelier volg je colleges filosofie. Je begint met een inleiding in rede en retorica: argumenteren en overtuigen, logica en metafysica, ethiek en politiek. Later komt ook lichaam en schoonheid aan bod, als startpunt voor het hedendaagse esthetisch denken. Je leert niet alleen over kunst, maar ook van kunst. Door samen musea te bezoeken en kunstwerken te bespreken, verbind je je aan de existentiële dimensie van kunst en geef je daar zelf artistiek antwoord op.

Tijdens de minor krijg je een gezamenlijk atelier tot je beschikking. Daarnaast zijn er andere leslokalen en diverse werkplaatsen, zoals grafiek, hout, metaal en digitaal, die afhankelijk van de fase van de minor ingezet kunnen worden voor het werk dat je maakt.

Toetsing

De minor is onderverdeeld in drie periodes waar voor elke periode 10 studiepunten kunnen worden behaald. De toetsing van elke periode is a.d.h.v. een gesprek over je portfolio waar je logboek, je presentie, presentaties en eigen onderzoek in zijn verwerkt.  

Verplichte literatuur

Reflecties. 25 kunstwerken 24 filosofen – Onno Zijlstra & Wendy Janssen (uitg. Damon)

Letting Art Teach – Gert Biesta (ArtEZ Press)