Om de week volg je een driedaagse workshop op maandag, dinsdag en woensdag. Elke keer staat een ander aspect van creativiteit centraal. Denk aan concepting, beeldtaal, groepsprocessen, creativiteit in de hersenen of mindhacking. In de weken ertussen werk je aan je eigen onderzoek of maakproces. Je kiest zelf welk thema of vraagstuk je wilt uitdiepen.
Aan het eind van de minor laat je zien waar je proces toe heeft geleid. Dat doe je in een vorm die bij jou past: een lezing, expositie, workshop of iets anders. Daarnaast lever je een verslag in, waarin je jouw ontwikkeling en inzichten vastlegt. Ook hiervan bepaal je zelf de vorm.