In het eerste studiejaar (van september t/m juli) volg je het reguliere onderwijsprogramma van de tweejarige bacheloropleiding DBKV verkorte deeltijd in Arnhem. Tijdens deze periode breng je anderen in aanraking met kunst en design, ook mensen voor wie dat niet zo vanzelfsprekend is. Je stimuleert hen tot maken in de ontwikkeling van hun eigen talent en je haakt aan bij persoonlijke en maatschappelijke vragen. Je laat ervaren wat kunst teweeg kan brengen en hoe het is om uiting te geven aan wat je bezighoudt. De lesdagen van de opleiding zijn op dinsdag en vrijdag van 9.15 – 16.30 uur. Stages zijn mogelijk binnen de genoemde lesdagen en worden geregeld via het stagebureau.
Vakken
Het onderwijsprogramma gaat uit van een kerncurriculum van theorie- en educatievakken dat in studiegroepen wordt gevolgd. Het gaat dan om vakken als leerpsychologie en onderwijskunde, ontwikkelingspsychologie, vakdidactiek, kunst- en cultuurgeschiedenis, actualiteit, fotografie, kunsttheorie, filosofie en onderzoeksvaardigheden. Je doet kennis op over leren, speciale doelgroepen en sociale psychologie, maar ook over het ontwikkelen van lessen, lesmateriaal en methodes. Daarnaast begin je ook aan je eerste stage.
In de eerste zes maanden van jaar 2 (van november t/m februari) volg je op dinsdag en vrijdag vakken uit het onderwijsprogramma van DBKV op Maat. Vakken die je in deze periode kan verwachten zijn: sociale psychologie en cultuur, didactiek van kunsttheorie en filosofie. Daarnaast start je ook met het schrijven van een logboek, voer je tutorgesprekken met een docent van de master Kunsteducatie én schrijf je je bachelor eindonderzoek in de vorm van een essay.
Is het bachelor theorieonderzoek op niveau volledig afgerond en krijg je een 'go' om het mastertraject te volgen, dan stroom je het tweede halfjaar in bij de master Kunsteducatie en start je met module 3 van het onderwijsprogramma. Je krijgt dan iedere maandag les in Zwolle.
Module 3
In module 3 verdiep je je in je rol als artisteducator en veranderaar. Dit doe je door een (klein) onderzoeksproject op te zetten en uit te voeren, gericht op verandering of transformatie. In deze module ligt de focus op het ontwikkelen van een onderzoeksproject plan (OPP) in samenwerking met andere onderzoekspartners. Je verkent en experimenteert met verschillende arts-based en actiegerichte onderzoeksmethoden. Naast het ontwerpen van een onderzoeksproject, ontwerp je ook artistiek-educatieve interventies en voert deze (deels) uit. Je oefent met visuele reflectietechnieken, met film als vast onderdeel. In deze module komen ook projectmanagementvaardigheden en interdisciplinaire samenwerking aan bod.
In het derde jaar (september t/m juni) van deze combinatieroute volg je het reguliere onderwijsprogramma van de master Kunsteducatie.
Module 4
In module 4 ga je dieper in op het in module 3 opgestarte (arts-based) onderzoeksproces, waarbij verschillende kwalitatieve onderzoeksmethodologieën op meer verdiepende wijze aan bod komen. Je verwoordt je artistiek-educatieve onderzoek(-proces) en de uitkomsten in een verslaglegging/documentatie in een door jou gekozen medium en reflecteert daarbij kritisch op de uitvoering, resultaten en gewonnen inzichten. Module 4 is de opmaat naar het afstuderen: immers, alle inhoud, technieken, informatie, uiteenzettingen en verbredingen van fase 2 dragen bij aan de ontwikkeling en de aanscherping van de positionering als artisteducator, met diens authentieke signatuur. Tijdens de module presenteer je je onderzoek(resultaten) aan vertegenwoordigers van het werkveld.
Module 5 & 6: Gemotiveerde interventies in praktijk
Tijdens module 5 en 6 verschuift de focus terug naar jouw eigen onderzoeksvraag. Op je werkplek in de praktijk voer je een artistiek-educatief onderzoeksproject uit. Dit project vormt de afsluiting van je opleiding. Tegelijkertijd fungeert het als startpunt van alles wat daarna komt. De vaardigheden en inzichten die je tijdens de master hebt verworven, neem je mee in je dagelijkse bezigheden, net als de open en onderzoekende blik waarmee je de wereld tegemoet hebt leren treden.
De nadruk in deze tweede fase ligt op Arts-Based Research: verschillende onderzoeksmethodes worden met elkaar gecombineerd om een vraag vanuit verschillende perspectieven te verkennen en te beantwoorden. Door diverse invalshoeken als vertrekpunt te nemen, combineer je het beste van twee werelden, wat tot de meest onverwachte en waardevolle resultaten kan leiden.